Prinsjesdag 2024 – vastgoed gerelateerd
Op Prinsjesdag bleek wederom het terugdringen van de woningnood topprioriteit.
Het kabinet heeft dinsdag 17 september aangekondigd flink te gaan investeren op de
realisatie van betaalbare woningen. Lees hier welke maatregelen het kabinet gaat
treffen.
Woningmarkt
Realisatie van betaalbare woningen
Komende jaren investeert het kabinet € 5 miljard in woningbouw waardoor het
mogelijk moet zijn om elk jaar 100.000 nieuwe woningen te realiseren. Het kabinet
introduceert hiervoor een realisatiestimulans voor gemeenten waarmee een vast
bedrag wordt uitgekeerd voor iedere gerealiseerde woning en dus de daadwerkelijke
realisatie van woningbouw wordt gestimuleerd.
Ook wordt er vol ingezet op het beter benutten van de bestaande gebouwen door
bijvoorbeeld transformatie, optoppen, herstructureren en het delen van de woning
met bijvoorbeeld een hospita. Elke woning is er immers één.
Eind 2024 komt er een Woontop met overheden, investeerders, marktpartijen en
woningcorporaties. Op deze top worden concrete en landelijke afspraken gemaakt
over het aanpakken van de woningnood. Vanaf begin 2025 actualiseren we
vervolgens de Woondeals met hoeveel woningen waar en voor wie worden
gebouwd.
Met het wetsvoorstel Versterking regie volkshuisvesting krijgen Rijk en provincies
bevoegdheden om dwingend te sturen op woningbouw en wordt het bouwproces
versneld. In deze wet wordt opgenomen dat gemeenten een plan moeten maken
voor wie, wat en wanneer ze de komende jaren gaan bouwen. Het kabinet wil ook
leegstand bestrijden, daarvoor wordt de Leegstandwet eerst geëvalueerd. In
bouwregelgeving worden geen nieuwe duurzaamheidseisen opgenomen, tenzij het
gaat om invulling van Europese richtlijnen. Medeoverheden mogen geen zwaardere
eisen stellen dan landelijk geldende regelgeving voor gebouwen.
Voor de woningbouw is beschikbare en betaalbare grond essentieel. Daarom wordt
er gekeken of een waardestijging van de grond kan worden benut voor de
bereikbaarheid en realisatie van betaalbare huur- en koopwoningen via een
planbatenheffing of vergelijkbaar systeem.
Bevorderen van het investeringsklimaat
Naast forse investeringen in de woningbouw verlaagt het Rijk vanaf 1 januari 2026
de overdrachtsbelasting om het investeringsklimaat te verbeteren. Deze wordt
teruggebracht van 10,4 naar 8% voor beleggers in vastgoed. Hierdoor wordt het
aantrekkelijker om in te investeren in huurwoningen.
Er wordt druk gehouden op de Europese commissie om snel een besluit te nemen
over het verruimen van de staatssteun voor de bouw van betaalbare woningen voor
corporaties en marktpartijen.
De Nationale Prestatieafspraken met corporaties, huurders en gemeenten worden
eind 2024 opnieuw vastgelegd. Er volgen in 2025 wettelijke maatregelen om de
onderlinge solidariteit tussen corporaties en de mogelijkheden voor projectsteun aan
corporaties te verbeteren. Er komt een forse impuls aan coöperatief wonen met een
revolverend fonds van € 40 miljoen. Daarmee kunnen kansrijke initiatieven vanaf
2025 gefinancierd worden.
Bevorderen van betaalbare woonlasten
Er wordt door het kabinet structureel € 500 miljoen extra ter beschikking gesteld voor
het vereenvoudigen van de huurtoeslag. In 2025 wordt de huurtoeslag
vereenvoudigd en vanaf 2026 wordt de afbouw in de huurtoeslag aangepast en
wordt de eigen bijdrage verlaagd met € 11,58. Hierdoor blijft de bestaanszekerheid
voor de laagste inkomens die huren op peil en loont werken meer.
De effecten van de invoering van de Wet betaalbare huur worden gemonitord. Om
beter zicht te krijgen op de totale huursector wordt het opzetten van een huurregister
verder uitgewerkt. De uitvoering van procedures bij de Huurcommissie wordt
versimpeld.
In 2025 komt er nieuwe regelgeving over servicekosten. Zo krijgen huurders en
verhuurders meer duidelijkheid over welke kosten onder servicekosten mogen
worden gerekend.
Bevordering verduurzaming
Door woningen, gebouwen en wijken te verduurzamen wordt in 2025 bijgedragen
aan kwalitatief betere woningen én een lagere energierekening. Via het Nationaal
Isolatieprogramma worden lagere inkomens extra ondersteund.
Komende 4 jaren is € 56 miljoen beschikbaar voor een nationale aanpak van
funderingsschade. Dit gaat naar een betere informatievoorziening en de oprichting
van een landelijk informatiepunt voor funderingsproblematiek. Het kabinet begint in
een aantal gebieden om te leren wat de beste aanpak is bij verschillende
funderingsschade. Ook in de bouw wordt met innovatie en industrialisatie gewerkt
aan verduurzaming en sneller betaalbaar bouwen zonder de regeldruk te vergroten.
Circulair bouwen wordt gestimuleerd met financiële prikkels en subsidies.
Verder stelt het kabinet € 578 miljoen subsidie beschikbaar aan mensen die hun huis
verduurzamen. Bijvoorbeeld voor een zonneboiler, warmtepomp of voor isolatie. En
gaat de belasting op gas volgend jaar omlaag, met 2,8 cent per m3. Daarmee wordt
de energierekening iets lager. Ook komt er een energiefonds om mensen die hun
energierekening niet kunnen betalen te helpen. Hier trekt het kabinet de komende 2
jaar € 60 miljoen voor uit.
Het aanpakken van het volle stroomnet is een belangrijke prioriteit van het kabinet.
De overheid wil er samen met de netbeheerders voor zorgen dat het stroomnet
sneller wordt uitgebreid. En slimmer wordt gebruikt. Hier is € 45 miljoen beschikbaar
voor.
Verbeteren van de leefbaarheid
Het kabinet heeft aandacht voor mensen in kwetsbare situaties en draagt bij aan het
verbeteren van de leefbaarheid in wijken en regio’s, ook aan de randen van
Nederland. Zo wil dit kabinet de bouwpotentie van circa 130.000 woningen in de
kwetsbare gebieden uit het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid (NPLV)
benutten. Daardoor verbetert de leefbaarheid in die gebieden.
Als onderdeel van het wetsvoorstel Versterking regie volkshuisvesting moeten alle
gemeenten een urgentieregeling gaan vaststellen. Daarmee helpen we mensen in
ernstige woonnood overal onder dezelfde voorwaarden. Statushouders krijgen geen
voorrang meer bij het toewijzen van een sociale huurwoning. Voor arbeidsmigranten
komt er een nieuw type huurovereenkomst die een oplossing geeft als een huurder
niet langer kwalificeert als arbeidsmigrant.
Om te zorgen voor een betere doorstroming op de woningmarkt, worden in 2025 de
subsidieregelingen voor 80.000 geclusterde en 40.000 zorggeschikte woningen weer
opengesteld. Zo kunnen ouderen een passende woning vinden.
Evenwichtige verdeling van de ruimte
In 2025 wordt er samen met andere ministeries, overheden en maatschappelijke
partners verder gewerkt aan de Nieuwe Nota Ruimte. Hiermee wordt de regie op de
ruimte hernomen en worden grote keuzes gemaakt in de schaarse ruimte, onder
andere rondom wonen en werken, landbouw en defensie. Deze keuzes zijn nodig
voor de ontwikkeling van Nederland: voor nu, straks en later.
Infrastructuur rond nieuwe woonwijken
Om nieuwe woonwijken bereikbaar te maken, moet er infrastructuur komen. Daarom
trekt het nieuwe kabinet € 2,5 miljard uit voor de aanleg van bijvoorbeeld nieuwe
wegen, stations en busbanen.
Betere bescherming tegen extreem weer
Het kabinet trekt € 1,8 miljard uit om Nederland te beschermen tegen water. Hiermee
wil het dijken en duinen verstevigen, om zeewater en rivierwater buiten te houden.
En het kabinet investeert geld om Nederland beter voor te bereiden op extreem weer.
Zoals de hete zomer in 2022 en de hevige regen in Limburg in 2021
Landelijke (agrarische) markt
Een sterke en doelgerichte landbouw
Boeren moeten meer duidelijkheid over hun toekomst hebben. Het kabinet wil
daarom minder focussen op algemene maatregelen en meer op specifieke doelen.
Boeren krijgen hierdoor meer ruimte om zelf te bepalen hoe zij die doelen halen. Zo
kunnen ze ook beter vooruitplannen. Het kabinet trekt hier € 8 miljoen voor uit.
Daarnaast komt het kabinet in 2025 met een nationale voedselstrategie. Ook maakt
het kabinet zich hard voor een Europese voedselstrategie.
Daarnaast zijn er veel regels op het gebied van duurzaamheid voor boeren, tuinders
en vissers. Innovatie kan helpen om aan die regels te voldoen. Daarom trekt het
kabinet hier € 3,5 miljoen voor uit.
Natuur herstellen
Het kabinet wil de kwaliteit van de natuur goed bewaken. Door te kijken naar de staat
van de natuur en daar goede en vergelijkbare gegevens over te verzamelen.
Alleen zo kan gemonitord worden welke maatregelen helpen. Het kabinet maakt hier
€ 7,5 miljoen extra voor vrij. Ook geeft het € 0,5 miljoen extra uit om de nationale
databank Flora en Fauna voor iedereen open te stellen.
Verder moet Nederland uiterlijk 1 september 2026 een natuurherstelplan inleveren bij
de Europese Commissie. Daarin staat hoe het kabinet de komende jaren de natuur
wil herstellen. In 2025 geeft het kabinet daar € 17,5 miljoen aan uit. In totaal is daar
de komende 3 jaar € 43,8 miljoen voor gereserveerd.
Commerciële (bedrijfsmatige) markt
Renteaftrekbeperking in de vennootschapsbelasting
Een maatregel met aanzienlijke gevolgen voor de vastgoedsector, betreft de
aanpassing van de earningstrippingregeling in de vennootschapsbelasting. De
huidige earningstrippingregeling geldt voor vennootschappen en beperkt de aftrek
van de (netto) rentelasten van een vennootschap. Dit betekent dat van de
rentelasten maximaal 20 procent van de zogenoemde EBITDA (earnings before
interest, taks, depreciation and amortisation) in aftrek komt, of maximaal 1 miljoen
euro aan rente, indien de rente hoger is dan 20 procent x de EBITDA.
Het kabinet wil voor vastgoedvennootschappen de drempel van 1 miljoen euro
schrappen. Daar staat tegenover dat het percentage van de EBITDA dat in aftrek kan
komen, van 20 procent naar 25 procent wordt verhoogd. Vastgoedvennootschappen
die zich bezighouden met bijvoorbeeld langdurig verhuur van woningen op
vakantieparken, kunnen door deze maatregel worden geraakt.
Splitsingsvrijstelling
Een belangrijke maatregel die niet in het Belastingplan is opgenomen maar wel naar
verwachting per 1 januari 2025 in werking zal treden, is een aanpassing van de
splitsingsvrijstelling in de overdrachtsbelasting. Bij overdracht van vastgoed via een
splitsing van vennootschappen, zullen strengere eisen gaan gelden. Voor
zogenoemde ruziesplitsingen gaat een versoepeling gelden. De definitieve
voorwaarden zullen vermoedelijk in de komende maanden bekend gemaakt worden.
‘Kleinere’ maatregelen in de overdrachtsbelastingwetgeving
In de overdrachtsbelastingwetgeving zijn er nog enkele ‘kleinere’ maatregelen
opgenomen. Het gaat om aanscherping van de zogenoemde kavelruilvrijstelling. Ook
betreft het uitbreiding van de toepassing van de startersvrijstelling en het lage 2
procent tarief naar eigendomsverkrijgingen. Ten slotte betreft het ook versoepeling
van zogenoemde sleutelverklaringen voor kopers die een woning voor hoofdverblijf
aankopen.
Omzetbelasting
In de omzetbelasting wordt een maatregel voorgesteld die zogenoemde short stay
structuren tegen zal gaan. Een dergelijke structuur kan aan de orde zijn indien een
ondernemer een pand transformeert naar woningen om deze vervolgens te verhuren.
De verhuur van woningen is vrijgesteld van btw. De btw op de transformatiekosten
kan daarom niet in vooraftrek worden gebracht. Om deze btw toch in aftrek te kunnen
brengen, wordt er in bepaalde gevallen voor gekozen om de woningen na de
transformatie eerst short stay te verhuren. Dit kwalificeert namelijk als een btwbelaste
verhuur, waardoor de btw op de transformatiekosten toch nog in aftrek kan
worden gebracht. In het volgende jaar kan men dan overgaan op langdurige verhuur
van de woningen, met vrijstelling van btw. Er vindt dan geen herziening van de
afgetrokken btw plaats. De voorgestelde maatregel voorziet in een btwherzieningstermijn
van vijf jaren voor investeringsdiensten die een drempelbedrag
van 30.000 euro per investeringsdienst te boven gaan. Deze maatregel treedt naar
verwachting per 1 januari 2026 in werking.
Btw-tarief logies
Daarnaast is het ook de bedoeling om per 1 januari 2026 het lage btw-tarief van 9
procent op het verstrekken van logies binnen het kader van het hotel-, pension- en
het vakantiebestedingsbedrijf, voor een korte verblijfsperiode af te schaffen. Vanaf
dan zal het reguliere tarief van 21 procent gelden voor de verhuur van hotelkamers,
vakantiewoningen, short stay etc.
Bedrijfsopvolgingsregeling
Sinds 1 januari 2024 geldt er een zogenoemde beleggingsfictie in de
bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) in de inkomstenbelasting en schenk- en
erfbelasting. De BOR is onder andere van toepassing bij een schenking of vererving
van aandelen in een bv indien sprake is van ondernemingsvermogen. De
beleggingsfictie bepaalt kort gezegd dat vastgoed, dat aan derden wordt verhuurd of
is bestemd om aan derden verhuurd te worden, per definitie kwalificeert als
beleggingsvermogen. Dit vermogen komt dan niet meer in aanmerking voor de BOR.
Als een aandeelhouder van een vastgoedfamiliebedrijf komt te overlijden, dan is er
dus inkomstenbelasting en erfbelasting verschuldigd over de waarde van de
aandelen voor zover die waarde ziet op dergelijk vastgoed. De totale belastingdruk
kan dan oplopen tot circa 45 procent van de waarde van de aandelen.
Vanaf 1 januari 2025 wordt nog een aantal verdere aanpassingen doorgevoerd in de
BOR die voor alle ondernemingen gaan gelden. Het gaat onder andere om het
vervallen van de zogenoemde dienstbetrekkingseis die geldt bij een schenking van
ondernemingsvermogen. In plaats daarvan moet de verkrijger ten minste 21 jaar zijn.
Ook de eis dat de onderneming gedurende vijf jaar moet worden voortgezet, wordt
aangepast naar drie jaar.
Algemene ondernemersklimaat-maatregelen
Geld voor innovatieve en startende ondernemers
Voor financiering van ondernemers, stelt het kabinet € 900 miljoen beschikbaar via
Invest-NL en € 100 miljoen via Invest International. Dit geld is voor innovatieve en
startende ondernemers en voor bedrijven die essentieel zijn voor de Nederlandse
economie. Daardoor is Nederland ook minder afhankelijk van andere landen of
bedrijven.
Daarnaast ondersteunt het kabinet innoverende bedrijven met de WBSO-subsidie.
Daar gaat in 2025 € 1,5 miljoen naartoe. Daardoor betalen bedrijven minder
belasting voor onderzoek en ontwikkeling en kunnen ze dus goedkoper innoveren.
Genoeg ruimte voor bedrijven
Het kabinet wil dat Nederland aantrekkelijk blijft voor bedrijven. Dat is goed voor de
economie. Tegelijkertijd is ruimte in Nederland schaars. Daarom investeert het
kabinet in 2025 € 9,8 miljoen in het programma Ruimte voor economie. Daarmee
worden geschikte bedrijfslocaties behouden en gemaakt.
Een sterke digitale economie
De Nederlandse economie is steeds digitaler. Winkelen gebeurt veel online.
Communicatie is ook vaak digitaal. En bedrijven doen digitaal zaken met elkaar. Om
te zorgen dat iedereen hiervan blijft profiteren, investeert het kabinet in 2025 in een
sterkere digitale economie en infrastructuur.
Zo sluit het kabinet aan bij het Digital Europe program, dat onder andere
Nederlandse kennisinstellingen en bedrijven helpt. Er is € 13 miljoen beschikbaar
voor innovaties die AI en digitale vaardigheden stimuleren. Ook gaat er € 11,6
miljoen euro naar het versterken van cybersecurity